Misschien ken je ze beter als Paula uit Galaxy Park, maar naast actrice is Astrid Sercu ook schrijfster.  Ze schreef met Je speelt met vuur al haar derde boek. Het is een whodunit waarin er op zoek gegaan wordt naar een brandstichter. Voor een klas tieners breekt de tijd van hun leven aan. Ze gaan op avonturenweek en logeren in een kamphuis in de bossen. Dat huis wordt gerund door Remco, een alleenstaande vader die zo goed en zo kwaad het kan de eindjes aan elkaar probeert te knopen. Hij krijgt daarvoor de hulp van zijn zoon Thibo, maar de verstandhouding tussen de twee is niet al te best. Naast de financiële problemen die het gezin kent, duiken er tijdens het verblijf ook een aantal brandhaarden op. Wie is toch die dader en waarom wilt hij/zij de klas tieners wegjagen? Mien en haar vrienden en vriendinnen gaan op zoek naar de pyromaan.

Sercu weet het verhaal goed op te bouwen. Avontuur, een vleugje romantiek, actie, verrassing en spanning wisselen elkaar goed af. De verhaallijnen zijn gemakkelijk te volgen en het boek, dat 86 korte hoofdstukjes telt, leest vlot door. De lezer volgt de gebeurtenissen door de ogen van verschillende personages. Dat zorgt ervoor dat je vanuit meerdere perspectieven het verhaal volgt en dat je daardoor soms ook meer weet dan sommige hoofdrolspelers. Van in het begin vertelt de pyromaan ook soms iets. Die stukjes zijn cursief gedrukt.

Dit is het derde boek over dezelfde vriendengroep. Af en toe wordt er in dit verhaal verwezen naar gebeurtenissen uit een eerder boek, maar je kan dit deel lezen los van de twee vorige.

Je speelt met vuur is een aangenaam boek voor lezers vanaf een jaar of twaalf.